vrijdag 4 november 2011

De familie Girgir


In 1972 begon de -in Turkije- vermaarde cartoonist/striptekenaar Oguz Aral het weekblad Girgir, onder de vlag van de uitgeverij van dagblad Günaydin. Het blad was een groot succes -haalde op zeker moment oplagen van bijna een miljoen- en in 1976 bracht de uitgeverij van het concurrerende dagblad Hürriyet ook een cartoon/stripblad op de markt Çarşaf geheten. Als reactie daarop startte Aral binnen het Günaydin-concern een tweede blad, Firt (later omgedoopt tot Firfir), in de verwachting dat met twee bladen een groter deel van de markt in handen te houden was. In 1978 startte Laklak, een zondagsbijlage van dagblad Günaydin. Een poging in 1979 van tekenaars van Girgir om voor zichzelf te beginnen met het blad Mikrop was geen lang leven beschoren.
In 1986 deed een andere groep tekenaars een succesvollere poging een eigen blad te beginnen. Ze startten Limon, dat in 1991 verder ging als onafhankelijk weekblad LeMan. In 1989 werd het blad Digil gelanceerd, en om zich de kaas niet van het brood te laten eten herhaalde Aral zijn truc van 1976: hij begon een nieuw blad, Hibir, dat in 1994 onafhankelijk werd onder de naam HBR maymun, kortweg HBR.
In 1990 werd het Günaydin-concern door de autoriteiten gedwongen het blad Girgir af te stoten. De titel werd verkocht aan een ander groot mediaconcern, maar Aral en de andere tekenaars wilden niet verkocht worden en begonnen het blad Avni, vernoemd naar de bekendste stripfiguur van Aral. Een paar tekenaars van Avni richtten later het underground-blad Pişmiş Kelle op, dat de ambitie had om buiten de gebaande paden te treden. De nieuwe eigenaar van Girgir intussen zocht andere tekenaars bij elkaar – het blad bestaat nog steeds, maar leidt een bestaan in de marge.
In de loop van de jaren 90 zakten de verkoopcijfers van de cartoon/stripbladen steeds verder in. De grote uitgeefconcerns trokken zich terug en de onafhankelijke bladen konden het niet meer bolwerken. In 1996 hielden zowel Avni als Çarşaf als Pişmiş Kelle het voor gezien, in 1998 gevolgd door HBR. Aldus was er nog maar één serieus te nemen blad over, LeMan.
In 2000 scheidde een groepje tekenaars van LeMan zich af en begon voor zichzelf met het weekblad Penguen. In 2007 scheidde een groepje tekenaars zich weer af van Penguen en begon voor zichzelf met het weekblad Uykusuz. Deze drie bladen -Penguen, Uykusuz en LeMan - hebben nu het grootste deel van de markt in handen, wekelijks bij elkaar zo’n 130.000 exemplaren.
In 1996 startte LeMan met een maandblad, L-Manyak. In 2001 splitste een groepje tekenaars zich af en begon het maandblad Lombak. Dit blad bestaat sinds 2009 niet meer, maar leeft voort op een aparte pagina in Penguen. Begin dit jaar begon een groepje tekenaars van LeMan het maandblad Harakiri, dat echter al na twee nummers -vanwege juridische procedures door de overheid- werd gestaakt. Eveneens dit jaar startte LeMan het maandblad Bayan Yani, dat geheel door vrouwelijke tekenaars wordt gevuld.

(aut. Niels, met dank aan M.K.Perker)





Geen opmerkingen:

Een reactie posten